Burgemeester Gerdo van Grootheest: ‘Culemborg zijn wij samen’
AlgemeenCULEMBORG • Mensen laten weten dat ze er niet alleen voor staan en dat iedereen er toe doet. Dit probeert burgemeester Gerdo van Grootheest iedere dag op de inwoners van Culemborg over te brengen. Afgelopen jaar is bijzonder geweest vanwege vele gebeurtenissen. “Toch zie ik veel veerkracht. Zolang we naar elkaar omkijken, komt het goed.”
De betrokken burgemeester start zijn bestuurlijke loopbaan in 2010. Op dat moment wordt hij als wethouder in Maastricht gekozen. “Van jongs af aan voel ik me maatschappelijk al betrokken. Ik kon toen al niet tegen onrecht en vind dat iedereen meetelt. Daarom is het helemaal niet zo vreemd dat ik voor de politiek koos om iets te willen betekenen voor anderen.”
Van Maastricht naar Culemborg
De periode in Maastricht ervaart hij als enorm leerzaam. “We zaten midden in de economische crisis en ik had onder andere ruimtelijke ordening en woningbouw in mijn portefeuille. In die tijd heb ik veel ruimtelijke plannen omgegooid en ze toekomstbestendig gemaakt.” Daarnaast heeft hij geleerd hoe hij vanuit het ambt iets kan betekenen voor individuele mensen en bevolkingsgroepen. “Ieder individu heeft een eigen verhaal en het is belangrijk om daarnaar te luisteren.”
Toch was het na zeven jaar tijd voor een nieuwe stap. Hij solliciteert in Culemborg als burgemeester. “Burgemeester worden is nooit direct mijn jongensdroom geweest, maar ik blijf het werken voor de lokale overheid fantastisch vinden.”
Verbonden met de stad
De burgemeester zet zich in voor de inwoners en ondernemers van deze stad. “Iedere dag als ik door de stad fiets, zie ik waarvoor ik het doe. Als burgemeester vind ik het belangrijk om in verbinding te zijn. Dit doe ik bijvoorbeeld door verhalen op te halen, veel te luisteren en op werkbezoek te gaan.”
De verbondenheid met de stad is dus belangrijk. “Ik hoop dat veel inwoners het gevoel hebben dat ze er niet alleen voorstaan. Daarom draag ik graag uit dat we een menselijke overheid en gemeente zijn. Dit betekent niet dat de gemeente alles direct kan oplossen, maar de inwoners en ondernemers staan er niet alleen voor.”
Bijzondere initiatieven
Culemborgers zijn maatschappelijk heel actief, de burgemeester is ontzettend trots op al deze initiatieven. “Dit zit echt in het DNA van de stad. Ik ben onder de indruk van alle inwoners, vrijwilligers, mantelzorgers en de zeventig nationaliteiten die de stad kent. Initiatieven als SchuldHulpMaatje, de breiclub, buurtcentrum Bolderburen en noem het maar op.” De burgemeester ziet dat de inwoners oog voor elkaar hebben. “Culemborg zijn wij samen.” De vele initiatieven stimuleert hij door veel langs te gaan en dit te delen op zijn social media. “Helaas heeft een dag maar 24 uur en kan ik niet overal bij zijn. Wel vind ik het een voorrecht dat ik op veel plekken kan en mag komen.”
Een bewogen jaar
Afgelopen jaar was een bewogen jaar. “Na de coronacrisis breekt er oorlog uit in Oekraïne, komen er veel vluchtelingen naar Culemborg, is een betaalbare woning krijgen heel lastig en komen er Culemborgers in financiële problemen door de stijgende energieprijzen en hoge inflatie. We hebben als stad dus veel voor de kiezen gehad.” Toch ziet de burgemeester een enorme veerkracht en positiviteit vanuit de inwoners. “Door elkaar te steunen, zie je dat mensen overeind blijven.”
Naast negatieve gebeurtenissen zijn er ook mooie dingen te benoemen. “Denk aan de vele evenementen die na een paar jaar corona eindelijk weer konden. Maar ook aan het Groot Orkest van Pieter Aafjes dat nummer één van Nederland is geworden. Of Simon Harmsma die wereldkampioen dammen werd.”
Positief vooruitkijken
Onderwerpen uit 2022 zullen meegenomen worden in 2023. “Dit is pittig en vergt veel kracht vanuit ons allemaal. Tegelijkertijd zijn we aan het bouwen aan de stad van de toekomst.” Daarbij heeft hij de kans om herbenoemd te worden als burgemeester. “Dit is spannend. Ik vind het burgermeesterschap prachtig en ik hoop het nog lang te mogen doen. Ook hoop ik dat mensen blijven omkijken naar een ander. Culemborg zijn wij samen.”
Fleur van Eeuwijk